Hellende Elementen

Laatst bijgewerkt: 05-05-2025


Definitie

Hellende elementen in de bouwkunde zijn constructieonderdelen die onder een bepaalde hoek ten opzichte van de horizontaal of verticaal geplaatst zijn, zoals daken, trappen en hellingbanen.

Omschrijving

Hellende elementen dienen in de bouw diverse functies, waaronder het afvoeren van water bij daken, het overbruggen van hoogteverschillen bij trappen en hellingbanen, en het creëren van specifieke architectonische vormen. De mate van helling, uitgedrukt in graden of een verhouding, is bepalend voor de toepassing en de keuze van materialen. Materialen variëren sterk, afhankelijk van het type hellend element en de functie ervan. Voor daken worden bijvoorbeeld dakpannen, leien, metaalplaten of riet gebruikt, waarbij de minimale hellingshoek afhangt van het materiaal. Trappen kunnen van hout, staal of beton zijn, en de traphelling is aan normen gebonden voor veiligheid en bruikbaarheid. Hellingbanen, zoals op- en afritten of toegangspaden, worden vaak uitgevoerd in beton of met elementenverharding en moeten voldoen aan eisen voor toegankelijkheid en stroefheid.

Dakhelling

De dakhelling is de hoek die het dakvlak maakt met de horizontaal. Deze hoek is belangrijk voor onder andere de afwatering, de beloopbaarheid van het dak, het uiterlijk en de keuze van de dakbedekking. Een plat dak heeft volgens de Eurocode NEN-EN 1991 een helling tussen -5 en +5 graden, hoewel een minimale helling van 2 graden vaak wordt aangehouden voor afwatering. Daken met een helling groter dan 15 graden worden doorgaans als schuin dak beschouwd. De minimale helling verschilt per type dakbedekking; zo vereisen dakpannen meestal minimaal 15 graden, terwijl speciale pannen al vanaf 7 graden toepasbaar zijn. Rietdaken hebben een steilere helling nodig, minimaal 35 graden, liefst 45 graden, voor een goede afvoer van water.

Traphelling

De traphelling is de hoek van de klimlijn van een trap met een horizontaal vlak. De helling van een trap is aan normen gebonden voor veiligheid en gebruikscomfort. Volgens het Bouwbesluit mag de bovenkant van een trapleuning zich, gemeten boven de voorkant van een tredevlak, op een hoogte tussen 0,80 en 1,00 meter bevinden bij nieuwbouwtrappen met een hoogteverschil van meer dan 1 meter en een helling groter dan 2:3 (circa 34 graden). Een rechte steektrap wordt als meest comfortabel beschouwd, terwijl een spiltrap minder veilig kan zijn.

Hellingbanen

Hellingbanen zijn hellende vlakken die niveauverschillen overbruggen, zoals oprijstroken of hellingbanen naar kelders of parkeerdekken. Ze kunnen worden uitgevoerd in materialen als beton of met elementenverharding. Bij de aanleg van hellingbanen, met name voor toegankelijkheid, moet rekening worden gehouden met de hellingsgraad en de oppervlakte om uitglijden te voorkomen. Ook bij infrastructuur, zoals langs wegen, spoorwegen of dijken, worden hellingen (taluds) toegepast om niveauverschillen op te heffen en grond te keren of water te keren. De hellingshoek van een talud is afhankelijk van de grondsoort en bouwkundige eisen.

Vergelijkbare termen

Schuine elementen

Gebruikte bronnen: